zondag 13 maart 2011 - 10.30

HET LABYRINT: de oervader van de schepping

lezing door Edward de Bock

 

Al in de prehistorie ontdekte de mens in de slaap dat er nog een andere wereld bestaat die een vage relatie heeft met de werkelijkheid van elke dag. In de nacht reist het brein naar een andere wereld. Sjamanen konden en kunnen in trance dezelfde transkosmische reis maken naar een andere wereld. In deze andere wereld gaan ze op zoek naar kennis over het hier en nu.

Het ritme van de kosmos lijkt geheel afhankelijk te zijn van een dynamische dualiteit in de schepping: dag en nacht, leven en dood, man en vrouw, enz. De dynamiek ontstaat door het contact dat gelegd wordt tussen complementaire delen, zoals de schemering dat bijvoorbeeld doet tussen dag en nacht.

De mens is op zoek gegaan naar de poort die de kosmische drempel vormt tussen leven en dood. Het ingenieuze ontwerp van het labyrint lijkt die kosmische drempel te zijn, maar misschien is het wel meer dan dat.

In deze voordracht wordt de symboliek van het labyrint besproken als kosmische drempel. Een uitstap zal worden gemaakt naar Zuid-Amerika. Hoewel in Zuid-Amerika het labyrint niet is uitgevonden, lijkt men op zoek te zijn geweest naar het concept. Vooral in de Nasca-cultuur uit Peru, van het begin van onze jaartelling tot ongeveer 700 na Chr., zijn hiervoor aanwijzingen te vinden.

Dr.Edward de Bock is coördinator en conservator voor de Amerikas bij het Wereldmuseum in Rotterdam. Hij is kunsthistoricus en publiceert over de iconografie van de Moche- en Nascacultuur in Peru.  De interpretatie van de iconografie van deze schriftloze culturen ondersteunt hij door de studie van prehistorische iconografie uit andere streken, zoals de grotschilderingen uit Europa.

Kosten lezing: € 10,00